Koepelbos Oldeberkoop

Koepelbos in het Tuinjournaal

nieuws

Onderstaande artikel over het Koepelbos, geschreven door Els van der Laan en Willemieke Ottens werd in de laatst verschenen Tuinjournaal van maart 2018 gepubliceerd.

Oude en nieuwe zichtlijnen in het Koepelbos

Gedurende enkele jaren hebben het Friese dorp Oldeberkoop en het Plaatselijk Belang hard gewerkt om het 19e-eeuwse Koepelbos en het naastgelegen hertenkamp weer het aanzien te geven, dat het park in het verleden had.

Het Koepelbos is in de eerste helft van de 19e eeuw aangelegd in opdracht van Jan Albert Willinge (1760-1839), die als gefortuneerde Friese bestuurder veel gronden in Oldeberkoop in bezit had. Vrijwel zeker heeft Willinge de veelgevraagde tuinarchitect Lucas Pieters Roodbaard (1782-1851) aangetrokken voor de omvorming van het productiebos naar een parkbos. Diens naam komt terug in een gedicht, geschreven ter ere van de plaatsing van de koepel in 1826 en ook in het terrein is zijn ontwerpstijl nog goed herkenbaar. Hoewel er geen ontwerptekening beschikbaar is boden veldinventarisatie, hoogtemetingen, cartografisch en vergelijkend onderzoek belangrijke aanwijzingen. Het indrukwekkende reliëf met de karakteristieke glooiingen rondom de veelarmige waterpartij met het eiland verraadt de hand van Roodbaard. Als geen ander was hij in staat ruimte en perspectief te scheppen met verrassende zichtlijnen en een steeds veranderend decor.

Koepel
Bij het onderzoek, het herstelplan en de uitvoering waren ontwerp- en adviesbureau N0.0RDPEIL landschap.erfgoed en tuinontwerper Nico Kloppenburg betrokken. Het Koepelbos dankt zijn naam aan de koepel, die in het verleden op het eiland stond. Dit eiland heeft zijn centrale rol in het park teruggekregen door het onlangs geplaatste kunstwerk ‘De coöperatieve gedachte’ van Beb Mulder. Daarmee heeft het park weer een beeldbepalend tuinsieraad, wat zo kenmerkend is voor deze vroeg 19e-eeuwse landschapsparken. Vele zichtlijnen leiden de kijker het park in, richting het eiland en het kunstwerk. Een van de lijnen geeft zicht op de achterkant van een snackbar. Deze plek verdient het om onderdeel van het park te worden met een aantrekkelijk horecaterras waarvandaan je het park inkijkt richting eiland. Vanaf die plek komen oude en nieuwe zichtlijnen tezamen en krijgt de allure van het verleden weer een toekomst. Daarmee is het eerder aangehaalde gedicht uit 1826 van een onbekende dichter weer van toepassing:

 

Hier waar natuur voor kunst meer cieraad heeft bekomen

Daar zij uit een moeras een smaakvol eijland schiep

En met een spiegelend vlak dat eiland deed omzomen

Waar nooit zich’ t oog verzaad aan ’t luisterrijk verschiet

Project Koepelbos